Slagwerk omvat een grote groep instrumenten waarop je slaat met stokken of de handen. Je leert spelen op zowel melodische als ritmische slaginstrumenten: vanaf de derde graad kan je je toespitsen op ritmisch-, melodisch- of orkestslagwerk. Ritmisch slagwerk omvat het drumstel, conga’s, bongo’s, timbalen, snare drum evenals de kleinere instrumenten (triangel, tamboerijn, maracas enz.). Marimba, vibrafoon, klokkenspel, pauken enz horen bij de groep van het melodisch slagwerk. Het orkestslagwerk omvat alle slaginstrumenten die in het harmonie-, symphonieorkest, brassband en fanfare aan bod komen.